Ga verder naar de inhoud

High Intensity Care

Federaal minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke maakte in januari 2023 bekend dat hij 15 miljoen euro extra investeert in bijkomende High & Intensive Care-afdelingen (HIC’s) in België. Op dit moment telt België in totaal negen HIC- afdelingen, allemaal gelegen in Vlaanderen. Er komen in totaal 28 HIC’s, gespreid over heel het land.

Het HIC-concept is een model voor een kortdurende klinische opname in de geestelijke gezondheidszorg, een gedachtegoed dat uit Nederland is overgewaaid. Dr. Hella Demunter (co-supervisor van de HIC afdeling van UPC KU Leuven in Kortenberg) en dr. Wim Simons (hoofdarts van PZ Sint-Annendael in Diest) zijn vurige voorstanders van deze nieuwe aanpak, gebaseerd op herstelgerichte zorg en continuïteit in het individuele zorgtraject.

“We hebben de afgelopen jaren sterk ingezet op vermaatschappelijking van de zorg, maar we moeten ons toch ook de vraag blijven stellen of een opname in een ziekenhuis altijd een negatieve uitkomst is," zegt dr. Demunter. "Soms kan het iemand deugd doen om even in het ziekenhuis te zijn."

Zorgafstemmingsgesprekken

Het centrale idee is dat de ambulante zorg steeds actief betrokken blijft in het individuele zorgtraject van de patiënt, waarbij de opname in een HIC louter een intermezzo is, een tijdelijke opschaling van zorg. “De hoop die ik blijf koesteren, is dat dat zoveel mogelijk vrijwillig kan gebeuren, in overleg, zonder de heftigheid van een gedwongen opname,” vertelt dr. Demunter.

Cruciaal in deze benadering zijn zorgafstemmingsgesprekken die op regelmatige basis plaatsvinden en alle betrokkenen samen rond de tafel brengen: patiënt, naasten, ambulante hulpverleners en HIC-teamleden. Zowel in Kortenberg als in Diest hebben ze deze gesprekken structureel verankerd in hun werking door er een tiental vaste momenten per week voor te voorzien.

Het enthousiasme bij alle partijen is zeer groot: niet alleen de naasten maar ook de medewerkers van mobiele teams en ambulante psychiaters en psychologen nemen graag deel. Door in te zetten op mogelijkheden om online te participeren, blijkt het ook praktisch haalbaar om iedereen samen te krijgen.

Bij de gesprekken worden de principes van Open Dialogue gehanteerd. Men probeert samen woorden te vinden om de crisis te begrijpen, en om de crisis misschien ook als een kans te zien. De patiënt bevindt zich in de eerste dagen van de opname vaak nog in een toestand waarin er geen gehele wilsbekwaamheid is, en waarin het dus niet mogelijk is om constructief mee na te denken en beslissen. Maar doorgaans is er wel een partiële wilsbekwaamheid, en kan er samen onderhandeld worden over kleine zaken zoals het gebruik van een smartphone. Men vindt het belangrijk om de patiënt steeds zoveel mogelijk autonomie te geven, zodat hij zo snel mogelijk de regie kan terugwinnen over het eigen denken, voelen en handelen.

HIC Diest1

Humaan beleid

“De H van HIC staat voor hoog intensief, maar eigenlijk ook voor humaan intensief,” zegt dr. Simons. “In Diest hebben wij geen echte HIC, maar een open intensieve dienst. Onze setting is dus anders, maar veel zaken die in het HIC-model beschreven zijn, zijn inspirerend voor goede zorg op elke afdeling. Ik denk dat het naar de toekomst toe de standaard is die we in ons achterhoofd hebben.”

Verbindende communicatie vormt de basis van deze humane aanpak. Het personeel krijgt hieromtrent opleidingen, maar eigenlijk gaat het over iets heel basaals. Over een vaardigheid waarmee iedereen geboren wordt: de vaardigheid om open over vragen en behoeftes te communiceren, om niet direct interpretaties te maken en eisen te stellen. Mensen in crisis hebben nood aan nabijheid, aan één-op-één contacten.

Architecturale aanpassingen zijn ook een helpende factor in een humaan beleid. Er wordt getracht om een helende omgeving te creëren. Zo is er geïnvesteerd in comfort rooms met aandacht voor een rustgevend karakter en prikkeldosering waar mensen zich kunnen terugtrekken. Bovendien biedt een intensive care room, gebouwd in studiovorm met eigen keukentje, badkamer, tuintje, zit-, eet- en slaapruimte mogelijkheden voor één-op-één begeleiding en rooming-in.

Dankzij deze aanpak lukt het vaak om crisissen te voorkomen, te de-escaleren en het gebruik van een afzonderingsruimte te vermijden. Is dit toch onafwendbaar omwille van een te gevaarlijke situatie, dan probeert men om de patiënt ook in deze kamer, in de mate van het mogelijke, zoveel mogelijk regie over de eigen situatie te geven. Zo zijn er zachte materialen en een interactief touch screen waarop de patiënt kan tekenen, muziek luisteren, licht regelen, … Het verblijf is er zo kort als mogelijk en intensieve zorg gaat verder. Een aan deze kamer aangebouwd afgesloten tuintje verruimt de veilige ruimte voor twee- of één op één-begeleiding. Het gebruik van dwangmaatregelen wordt zoveel mogelijk vermeden.

HIC Diest2

Reflectie en lerende netwerken

Om te weten wat er nodig is om de zorg voor de patiënt binnen een HIC-afdeling verder te optimaliseren en omdat de wetenschappelijke evidentie voor deze innovatieve praktijk nog beperkt is, voert UPC KU Leuven onderzoek. De HIC-monitor, een modelgetrouwheidsschaal naar Nederlands voorbeeld, vormt hierbij een belangrijke leidraad. Met behulp van deze monitor werden in 2021 in iedere HIC peer audits georganiseerd. De bedoeling is niet om te controleren, de monitor wordt ingezet als een lerend instrument. De auditoren zijn zelf medewerkers van een HIC en wisselen via de peer audits informatie en ervaringen uit met hun collega’s. Op die manier ontstaat een lerend netwerk waarbij men elkaar inspireert en goede ideeën en praktijken deelt.

Ook op de werkvloer zelf is er een cultuur van continu leren. Dr. Simons: “Een intensieve afdeling is een plaats waar er heel veel actie is. De verleiding zou kunnen bestaan om als het ware continu in die actie te staan en te rekenen op allerlei procedures. Maar uiteindelijk is het belangrijk om heel reflectief te blijven tijdens wat je doet en voeling te houden met wat de patiënt nodig heeft.” “Op zich is er nooit tijd,“ voegt dr. Demunter toe. “We hebben dit dan ook structureel moeten verankeren: de tijd nemen om eens achterover te leunen en te reflecteren. We hebben nu een uur per week intervisie, en ook na een incident wordt tijd genomen om alles te bespreken. Enerzijds is dat belangrijk voor de draagkracht van het personeel, anderzijds is het ook cruciaal om alles wat we we hier gezamenlijk beslissen kritisch in vraag te blijven stellen. Ik vind het nog altijd een voorrecht om voor mensen in dat meest kwetsbare moment van hun ziek-zijn te mogen zorgen. En dat is heel belangrijk: dat het nooit gewoon wordt.”