Ga verder naar de inhoud

Inzetten op familie op netwerkniveau

In 2019 werd binnen Netwerk GGZ Kempen een werkgroep ‘familie & naasten’ opgericht. Het netwerk wilde een inhaalbeweging maken met betrekking tot familieparticipatie, naar het voorbeeld wat al gebeurt op het vlak van cliëntenparticipatie. In de toekomst hoopt Netwerk GGZ Kempen meer vertegenwoordiging van familie te realiseren binnen alle overlegorganen.

Trekkersfiguur nodig

De idee om met deze werkgroep van start te gaan, ontstond binnen de functieoverkoepelende werkgroep ‘ervaringsdeskundigheid’ van het netwerk. De eerste stap bestond uit een themavergadering 'familieparticipatie'. Vertegenwoordigers van verschillende familie-organisaties werden hiervoor éénmalig rond de tafel gebracht. Uit een rondvraag kwamen heel wat noden aan bod, zoals het gebrek aan familiebetrokkenheid en ondersteuning door hulpverlening.

Deze noden werden als doelstellingen en actiepunten mee opgenomen in het strategisch plan van het netwerk. De werkgroep ‘familie & naasten’ werd opgericht met als opdracht om acties te ontwikkelen. Maaike Boonstra, stafmedewerker bij Netwerk GGZ Kempen, kreeg binnen haar takenpakket ruimte om dit thema te behartigen. Zonder een enthousiaste trekkersfiguur was dit initiatief niet mogelijk. Zowel op praktisch (de organisatie en promotie) als inhoudelijk vlak komt hier heel wat bij kijken.

Hulpverleningsperspectief in kaart

Het is de ambitie om vanuit de werkgroep planmatig in te zetten op het formuleren van aanbevelingen en adviezen die hulpverleners moeten helpen om meer en beter in te spelen op de noden en mogelijkheden van familie. Om de inhoudelijke werking van de werkgroep te voeden, werd aan alle teams van de partnerorganisaties gevraagd om de zelfscan, ontwikkeld door Similes, rond familiebeleid in te vullen. Het OPZ in Geel en de PAAZ in Turnhout waren al vertrouwd met dit instrument in het kader van een adviestraject van Similes. Maaike Boonstra zag hier een mooie opportuniteit in om netwerkbreed in kaart te brengen hoe medewerkers hun aanpak inschatten. Dit zowel in residentiële als in ambulante settings. De zelfscan peilt naar het informeren, vriendelijk bejegenen, ondersteunen en betrekken van familie in de zorg en in de organisatie van de zorg. Er werd gevraagd de zelfscan in teamverband te bespreken. Op deze manier werd het thema ‘familieparticipatie’ nog eens extra onder de aandacht gebracht en bespreekbaar gemaakt. Er werd benadrukt dat het geen evaluatie betreft, maar eerder draait om bewustmaking en het in kaart brengen van de goede praktijken en werkpunten binnen de regio. Aan de hand van globale resultaten werden netwerkbrede conclusies, adviezen en goede praktijken geformuleerd.

De algemene conclusie van de netwerkbrede zelfscan was dat er doorgaans aandacht is voor familie, en dat er wordt ingezet op het vriendelijk bejegenen en het informeren van familie. De grootste werkpunten bevinden zich op het niveau van het betrekken van familie, zowel in het zorgtraject als in de organisatie van de zorg. Zo wordt familie eerder ‘op indicatie’ betrokken in het zorgtraject. Principes en begrippen als vertrouwenspersoon (die de mogelijkheid krijgt om zich te informeren over de gezondheidstoestand van de patiënt) en vertegenwoordiger (wanneer de patiënt niet in staat is om zijn rechten als patiënt uit te oefenen) kennen weinig ingang. Het verschil tussen deze begrippen is vrijwel onbekend. Ook het standpunt en de leefwereld van de cliënt bepaalt in grote mate of familie al dan niet betrokken wordt in het zorgtraject. De cliënt staat centraal, familie wordt niet proactief ondersteund. De mate van ondersteuning is ook sterk afhankelijk van de individuele hulpverlener. Er is weinig uniformiteit in aanpak tussen diensten en organisaties. Familie wordt tot op heden ook onvoldoende betrokken in de organisatie van de zorg. Algemeen is er nood aan een duidelijke visie en beleid rond familieparticipatie. Deze conclusies geven richting aan de toekomstige focus binnen het netwerk.

Eerste ontmoetingsavond voor familie en andere naasten

In 2020, tussen de coronagolven door, vond op initiatief van de werkgroep een eerste ontmoetingsavond plaats. Ondanks de omstandigheden was dit een succes. Er was een diverse groep aanwezig: familie-ervaringsdeskundigen, leden van Similes en Al Anon, individuele naastbetrokkenen en vertegenwoordiging van hulpverleners uit verschillende partnerorganisaties. De avond werd opgebouwd rond dezelfde thema’s die aan bod komen in de zelfscan. Er werd ruimte gelaten om hierover in dialoog te gaan en op deze manier werd er rond dezelfde thema’s ook vanuit familieperspectief input verzameld. Een volgende ontmoetingsavond vindt plaats in oktober 2022. Het is de bedoeling om regelmatig in dialoog te gaan met families tijdens dergelijke laagdrempelige ontmoetingsavonden.

De werkgroep onderzoekt familieparticipatie vanuit verschillende perspectieven

Vanuit de werkgroep werd niet alleen actie ondernomen om het hulpverlenings- en familieperspectief beter te leren kennen. Er vond ook overleg plaats met vertegenwoordigers van clïenten om hun kijk op het betrekken van familie beter in kaart te brengen. De drie perspectieven (hulpverlener, familie en cliënt) werden mee opgenomen in een visietekst. Deze kan als leidraad dienen voor partners binnen het netwerk wat betreft het informeren, bejegenen, ondersteunen en betrekken van familie in de zorg en in het beleid van de organisatie.

De werkgroep zal verder inzetten op het inventariseren en uitwisselen van goede praktijken, zowel tussen netwerkpartners als over regiogrenzen heen. Op die manier tracht men het draagvlak voor familiebeleid verder te laten groeien in de verschillende GGZ-organisaties in de regio, en daarbuiten.

Daarnaast is het een uitdaging om in alle overlegorganen binnen het netwerk familievertegenwoordiging uit te bouwen.

Foto Maaike Boonstra
“Komen tot voldoende familievertegenwoordiging vormt een enorme uitdaging in de praktijk. We hebben geleerd dat het verspreiden van een oproep op zich niet volstaat. Familieleden nemen vaak verschillende rollen op (werknemer, familielid, mantelzorger, …), waardoor een extra engagement geen evidentie is. Het gevoel van betrokkenheid en elkaar laagdrempelig kunnen ontmoeten zijn belangrijke pijlers bij het uitbouwen van een familiewerking. Daar zetten we op in tijdens de ontmoetingsavonden. Het komt er volgens mij op aan om familieleden de nodige ruimte te bieden om vanuit die vrijblijvendheid te groeien naar een engagement. Wat we uiteindelijk op het oog hebben is een ‘familiegroep’ met familieleden die zich verder wensen te engageren om zo te komen tot meer familieparticipatie en familievertegenwoordiging binnen het netwerk, en binnen de partnerorganisaties.”
Maaike Boonstra
Heb jij ook een goede praktijk?

Laat het ons weten!